?>

Week 1 in het land van scooters en streetfood

by donderdag, maart 15, 2018

Inmiddels ben ik een ruime week in het verre Vietnam. Twee delen van The Hobbit en een lesje Fins verder (bedankt Finnair) sta je daar dan, in het veel te drukke en veel te warme Saigon. Acclimatiseren was wel op zijn plaats. O ja, mensen proberen je hier de hele tijd dingen te verkopen, Aziaten lichten je op waar je bij staat, er zijn twee keer zo veel scooters (‘motobaiii’) als mensen en er zitten opeens nullen in je portemonnee. Heel veel nullen.

Na een dagje me van hot naar her verplaatst te hebben per tuk tuk, besloot ik op dag 3 en 4 de Mekong Delta rivier op te gaan en de Cu Chi tunnels uit de Vietnamoorlog te bezoeken. Drie volle dagen en drie vroege wekkers. De jetlag, die ik zelf tot het maximum had verergerd door per ongeluk in slaap te vallen, was eindelijk over.

Bij de rivier-excursie hoorden een gids die me Rosannííí noemde, diverse soorten Vietnamese snacks en twee shots van een likeur die ze maken met slangengif (ja, het arme beest zat echt in de fles). Tequila is er niks bij. Ik vroeg me af waarom mijn reisgenoten het achterover tikten als limonade en ik daar stond te verkrampen als een baby die je in een citroen laat bijten…

Bij de tunnel-excursie mocht je proberen jezelf in de gangetjes te wurmen, om te ervaren hoe de Vietnamees had geschuild tijdens te oorlog. ‘’Any volunteers?’’; mijn metgezellen trokken hun neus op, maar ik jubelde ‘’Yes please!’’. Best krap, moet ik toegeven, maar als ik in de Vietnamoorlog had gezeten kon ik in ieder geval schuilen én mocht ik nog een pondje aankomen. 😉

20180309_110707

Van hoofdstad naar badplaats
“Wat een kutstad trouwens”, appte ik 24 uur na mijn aankomst in Saigon naar mijn vriendinnen. Ik was er dan ook niet rouwig om toen ik het mocht verlaten.  Ik ruilde de chaotische voormalig hoofdstad in voor de rust van Mui Ne: strand, zwembad en een stuk minder ‘motobaiii’. Nadat ik eerst naar het verkeerde hotel werd gereden én de taxichauffeur per ongeluk veel te veel geld had gegeven (de man lachte al iets te tevreden…) mocht ik mijn gezellige hostel betreden. Ik liep mijn kamer in waar een rossige Britse jongen in bed lag met zijn gezicht in zijn kussen. Toen hij kreunend wakker werd, keek ik de arme ziel aan: ”Well, goodmorning…”

‘’Hi’’, zei hij.
‘’Hangover?’’, vroeg ik.
‘’Hell yeah…’’.
Die avond zat ik met hem, zijn kameraad en drie meiden aan het eten en deden we kaartspelletjes in het hostel.

De dag erna maakte ik nieuwe maatjes tijdens de excursie. We wandelden door een beekje langs rode rotsblokken die me deden denken aan de Grand Canyon uit Bassie en Adriaan. Daarna doorkruisten we witte en rode zandduinen. Zoals ik in Lapland nog nooit zoveel sneeuw had gezien, had ik hier nog nooit zoveel zand gezien. Het voelde als een woestijn, en het uitzicht en de zonsondergang waren adembenemend. Ik heb mijn verblijf in Mui Ne een dag verlengd, zodat ik nog een avond kon zwemmen en spelletjes spelen. Bijna alle jongeren die ik in Mui Ne heb ontmoet reizen door naar Hoi An, dus hopelijk zie ik ze daar weer.
20180312_135132

Van zweten naar klappertanden
Richting Hoi An was a hell of a ride. Na een stranddag in Nha Trang, waar 80% van de bezoekers Russisch is en waar zelfs de Aziaten Russisch spreken, pakte ik de slaapbus richting het noorden. Ik was helemaal in mijn bedje gesetteld toen we opeens arriveerden. En guess what: het regende. Sterker nog, het regende HARD. Van die tropische buien die je alleen in Azië hebt. Dus zo lig je te pitten en zo sta je in je shorts en slippers in een stortvloed om 5 uur ’s morgens. De mannetjes op scooters die je maar al te graag voor een paar duizend Dong naar je hostel willen brengen, stonden al te wachten.

In paniek bedacht ik me dat de kans groot zou zijn dat de receptie van mijn hostel nog niet geopend was en dat ik nog weinig geld in mijn portemonnee had. Terwijl ik piekerde deponeerde de Vietnamees vol enthousiasme mijn backpack op zijn scooter. Ik rende achter hem aan: ‘’HEY! RAINCOVER!’’ Ik kreeg mijn backpack terug zodat ik de regenhoes eromheen kon doen. Tijd om mijn jasje eruit te halen, kreeg ik echter niet. Dus klappertandend sprong ik achterop.

Bij aankomst was er zoals verwacht niemand bij de receptie, en meneer wilde ook nog 500.000 Dong van me zien voor een ritje van misschien 50.000 Dong. Nou dat ging dus even niet door. Met de woorden ‘’take it or leave it’’, gaf hem alles wat ik had, en bad dat ie me met rust zou laten. Meneer was boos, ik was trots. Rot op met je criminele spelletjes, ik heb nog een wachttijd uit te zitten. Om die tijd te overbruggen ben ik aan deze blog begonnen. 🙂

Even later kwamen er drie meiden uit Israël binnen die bij mij in de bus hadden gezeten. Met hen ben ik het stadje in gegaan om de tijd te doden. Hoewel zeker niet alles me even goed bevalt, gaat het tot dusver heel goed met mijn solotravel! Ik houd van de vrijheid, de onafhankelijkheid, van de natuurpareltjes die Vietnam te bieden heeft, het personeel in de hostels die onvoorstelbaar vriendelijk zijn en ik zal zwijgen over de Vietnamese keuken en het fruit dat op elke hoek van de straat naar me lacht… DAMN I LOVE THE FOOD.
rijst_fruit_vietnam_blog1

No Comments Yet.

What do you think?

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *